Aanstaande donderdag in de Muziekschool aan de Bizetlaan: Gedichten en Gedachten.
Samen gedachten uitwisselen en poëtische teksten schrijven. Van 10.00 -11.30 uur. Wees welkom.
0 Comments
Al een paar keer trof ik de Friese palingroker in de grachten van Jordaan Noord. Een parlevinker, mooi woord, ik moest het opzoeken: kleinhandelaar in grutterswaren en veevoer. Bas Oosterbaan uit Koudum. Hij was hoteldirecteur en vond paling 'het meest smerige dat ik me kon voorstellen.’ Tot hij het bij een boer in Friesland at, die de vissen zelf had gerookt. In 2015 maakte Oosterbaan een grote ommezwaai in zijn loopbaan. Nu is hij de eerste parlevinker in Amsterdam sinds dertig jaar. Inmiddels kijken de mensen naar hem uit. Hij rookt de paling ter plaatse: de geur verspreidt zich over de grachten. Mensen meren aan of komen over de loopplank om een broodje paling te kopen.
Het bamboebos bij Bandus. Buiten uitzicht op akkers en bosrand, binnen begeef je je in een besloten wereld. De bamboetempel. Al dwalend denk ik aan Jan, goede vriend: alweer twee jaar uit de tijd. Wat zou hij het hier fijn vinden. Even lijkt hij heel dichtbij. We zouden koffie drinken aan een tafel tussen de kassen, luisteren naar het krijsen van de pauwen. Die scharrelen hier rond, samen met kippen en ganzen. Man in overal buigt zich over een bijenkast, kalmeert de bijen met rook. Bandusman Sietse bewondert samen met twee bezoekers een blauwwitte mannetjespauw die twee vrouwtjes tracht te imponeren. Sietse zegt dat het voor de jonge pauw de eerste keer is dat hij zo zijn veren opzet. Dat zal wel wennen zijn, merk ik op. Of zou de pauw het zomaar vanzelf doen, buiten zichzelf om?
Er staat een tipi op het terrein, er is een geheime tuin en in de oude boerderij van de voorouders van Bandusman Robbert hangen nog de schilderijtjes aan de muur, een lamp van opalineglas aan het plafond. Plannen voor een vlindertuin zijn vergevorderd. In de schuur worden schilderijen geëxposeerd en éen van de wanden is van onder tot boven bedekt met boeken. De bibliotheek van Hummelo; vanuit FF naar Steef hier naartoe gebracht. De grote tafel nodigt uit tot samenzijn. Als ik wegfiets komt een waakgans sissend op me af. Mosterd na de maaltijd. Jaja, ik ben al weg! Maar niet voor lang. Bamboekwekerij Bandus maakt deel uit van https://rondjekunsthummelokeppel.n Koolzaadveld vlakbij de Oude Aviko in het avondlicht.
Ik zag er een bijenkast en het rook er heerlijk zoet naar honing. achter de Oude IJssel ben ik niet ongekend in deze aarde ligt mijn navelstreng begraven hier klinken nog de namen van mijn vaderen woar bun i-j d'r ene van o van Arend van Klaas-Hendrik van Gait-Jan de grond draagt nog de sporen van hun handen - oer en zand en klei - rouwranden ze werkten bij de IJzergieterij, Coöperatie, Aviko ze hadden koeien in de wei bij Zelhem en in Hummelo een varken op de leer en vóór de eerpels het gebed achter de pet eerbiedig zingend sprekend: de Heer is mijn herder mij zal niets ontbreken ik hoor hun stemmen ruisen door mijn bloed zo prenten ze me in: Alles kump goed -Bij 'Steenarend', voormalige Coöperatieve Landbouw Vereniging (CLV) Hummelo. 19 april, bij de opening van Rondje Kunst Hummelo Keppel. https://rondjekunsthummelokeppel.nl/ Mijn ouders kwamen vanuit Zelhem naar Hummelo, omdat mijn vader bij CLV op kantoor werkte. Zo werd Hummelo mijn geboorteplaats. Foto: Nel van der Meulen. twee beschonken mannen mochten hier na het volksfeest hun roes uitslapen Sammetje uit Arnhem visten ze uit de Oude IJssel ze karden hem op een kruiwagen naar het lokaal en zo kwamen er hier nog heel veel op verhaal schilder Maandag en zijn vrouw brachten de arrestanten water om te drinken brood om te eten en hen kennende af en toe een plakje cake soms wou ik dat het er nog stond denk dat ik dan een fiets zou stelen dan mocht ik daar een tijd logeren in dat schilderachtige huisje aan de Greffelinkallee - In de raadsvergadering van april 1921 werd voor het eerst besproken of er een arrestantenlokaal in de gemeente moest worden gebouw of ingericht. Er was al een arrestantenlokaal aanwezig in de gemeente Hummelo en Keppel. Deze bevond zich in de kerktoren van Hoog Keppel. Iemand had in genoemd jaar een fiets gestolen in Laag Keppel, werd opgepakt en in het lokaal opgesloten. Helaas was hij twee dagen later op eigen initiatief vertrokken. Vele verwikkelingen volgden voordat het nieuwe arrestantenlokaal in Hummelo er stond. Inmiddels was het augustus 1924. Het lokaal voorzag in een behoefte, want het werd vaak gebruikt. Er tegenover woonden schilder Maandag en zijn vrouw en zij voorzagen de arrestanten van eten en drinken. Ook kwam er later nog een huisje voor de lijkwagen naast het gebouwtje te staan. In de jaren 60 van de vorige eeuw werden deze afgebroken en vervangen door een royale bungalow. - geschreven voor https://rondjekunsthummelokeppel.nl/ wie rolde die zwerfkei naar de top of hebben ze hem er bovenop getakeld het plan was eerst we richten de galg weer op of een schandpaal vierschaar geiselpaol toch maar niet gedaan veel te gevaarlijk de geschiedenis herhaalt zich al te vaak hier knokten vrijgevochten knapen Saksen of Franken Hummelo of Keppel een strijd in bier en feestgedruis gesmoord in het Hennendal bleven ze verdwalen dat was een streek van de witte wieven gniffelend op hun hangplek bij de Weppel men heeft de oude zichtlijnen hersteld ik zie een jogger langs de kolken draven in vroeger tijd had de wildernis vrij spel dat gaf volop ruimte aan magie op de top stonden toen stoere beuken in hun beschutting kon je helder zien de Wrangebult staat in het Sterrebos acht brede paden leiden naar de top ontmoetingen in het klimmen en het dalen eeuwenlang een louterende ervaring al wordt je landschap overhoop gehaald alle verhalen blijven hier bewaard -- geschreven voor https://rondjekunsthummelokeppel.nl/ Op de Hessenweg valt het donker in. Ik had nog wel naar de oude Aviko willen fietsen maar moet nog helemaal naar Wehl. Langs de oude kleuterschool aan de Jan de Jagerlaan. Nog altijd wilde ik de bostuin zien met z'n stinzenplanten, maar de Warande is daar niet meer. Op de Dorpsstraat staan nogal wat borden, daar laveer ik langs. Zal wel weer met een verkeersluw Laag Keppel te maken hebben. Een man sluit zijn luiken en groet. Dan rijst een hoog ijzeren hek op: ik kan niet meer verder. Nu pas ontdek ik dat de brug weg is. Er staat een grote witte tent.
Ik heb twee keuzes: terug naar Doetinchem en dan met de fiets in de trein naar Wehl of de gok nemen dat de dijk langs de Oude IJssel niet afgesloten is. De Rijksweg lijkt veel langer nu ik me in het donker niet oriënteren kan. Op de Jonker Emilweg verblinden auto's me met groot licht. Ik hobbel over de brug: aan mijn rechterhand een kleurenpalet in roodpaarsoranje boven donkerblauw water. Ik kan er niet bij stil blijven staan want achter me hijgt alweer een ongeduldige sluipwegbestuurder. Er is niemand op de dijk. Het water is niet te zien en ook de brug in de verte niet. Er is niemand. Ik ben zo blij dat ik mijn hoorapparaten heb ingedaan: luid klinkt het schateren van eenden en het gaggelen van ganzen. Ik zoek de lucht af en zie ze dan in brede V-vorm boven me. Een volgende formatie vliegt op ooghoogte. Het geluid cirkelt om me heen. Ik voel me opgenomen in de groep. Links van me, over het water gesnater van de kopvlieger. Rechts boven het weiland een achterhoedegans die antwoordt. Mijn ogen speuren het donker in. Er moet een bankje aan het water staan, maar ik kan het niet vinden. Bommen Berend, de haven, zie ik wel. Ik houd mijn adem in. Als de dijk afgesloten is moet ik weer helemaal terug. Daar doemt de witte tent op, een fel licht er naast. Ik stap af en zoek voorzichtig mijn weg. Ja, ik kan rechts de bocht nemen, oversteken en mijn weg naar Wehl vervolgen. Ik stal mijn fiets in kluis 5. Nog een klopje op het zadel. De diesel naar Arnhem is er al snel en ook de overstap op de trein naar Den Helder verloopt moeiteloos. Op het Stationsplein in Amsterdam staat een grote witte tent van waaruit een man door zijn microfoon een Blijde Boodschap verkondigt. Hij hoort zichzelf graag roepen. Staand bij de halte voor tram 17 kijk ik naar het Open Havenfront. Een bootje glijdt voorbij; wit dekzeil, een lichtje voorop. Verderop de fietsenstalling onder het water. Donkere figuren, versmolten met hun fiets, rijzen en dalen langs verlichte trappen. Ik denk aan de hemel. 'Door Zijn bloed, door Zijn bloed, door Zijn bloed..', schalt de man in de witte tent. Dan verschijnt de tram. Ik glijd langs het Koninklijk Paleis, de grachten, de Westertoren en ontdek dat ook dit landschap me vertrouwd is. Maandag 10 februari Kunstnaobers in Vorden.
Kom proeven van verschillende kunstvormen en ontdek welke bij je past. Ik geef een mini-workshop schrijven. In het Kulturhus. Wie weet ontmoet ik je daar. |
Helma SnelooperDichter, schrijver,verteller, Archief
April 2025
Categorieën
All
|