De spanning bouwt zich op als in een Hitchcock film. Muziek zwelt aan; de tune van een extra nieuwsbulletin, de minister-president benadrukt de ernst van de situatie, het openbare leven gaat op slot, hulpverleners staan paraat in beschermende pakken. Was het virus eerst nog veilig ver weg, nu doordringt het ons bestaan, verraderlijk onzichtbaar... Buiten lijkt alles onveranderd. Landgoed Mulra, de dijk langs de Oude IJssel, alleen een jongen in overall, op meer dan anderhalve meter afstand. Hij glimlacht; ik steek mijn hand op. Schemering valt in. Ik fiets graag, houd van de beweging, vooral van het moment waarop je vergeet dat je aan het fietsen bent, waarop je als vanzelf door het landschap glijdt. e lucht kleurt lila, krassende kraaien zwermen tegen streepjes blauw. In het kasteel brandt licht, wilde eenden kwaken. Dan ontwaar ik voor me op het pad tientallen kraaien, groot, zwart, samenscholend, ze krassen luid als in druk beraad, ze richten hun blik op mij.... Kraai, symbool van de dood, de dood die overal op ons loert, ik denk aan Hitchcock's film 'The Birds'; Tipi Hedren, rennend voor haar leven, in een veel te nauwe rok op veel te hoge hakken.. Wat zal ik doen: doorrijden, omkeren? Ik heb geen keuze. Mijn fiets glijdt als vanzelf in de richting van de vogels, kraalogen priemen door me heen, oorverdovend gekras, gefladder van tientallen vleugels en dan opeens stijgen alle kraaien omhoog, de een na de ander, ze vliegen om me heen, boven me, onder me, links en rechts van me, ze omhullen me, dragen me, nemen me op in hun zwerm.
1 Comment
|
Helma SnelooperDichter, schrijver,verteller, Archief
January 2025
Categorieën
All
|